Het is zaterdagavond half acht en de eerste mensen druppelen binnen. Over 15 minuten zal ik weten of ik voldoende voorbereid ben. Gaan we die twintig bezoekers vermaken of gaan we ze teleurstellen?
Vanavond speel ik in Utrecht met mijn band een try-out show. Eerder verloren we de basgitarist aan ‘het nieuwe gezinnetje’ en vorig jaar de sologitarist aan een master studie. Begin dit jaar besloten we met een nieuwe bassist met zijn drieën verder te gaan. De voordelen van een driemansformatie? Het is sneller schakelen en het geluid is veel beter in balans.
In de nummers moest er natuurlijk wel wat gebeuren. De bassist verrijkte met nieuwe invulling de songs en als slaggitarist ging ik vol vertrouwen aan de slag om wat solostukjes op te pakken. Maar de eerste keer dat ik thuis oefende, zakte de moed me in de schoenen. Waar ik tegelijkertijd moest soleren en zingen, wist ik mijn eigen tekst niet eens meer. Het voelde net alsof je voor een pinautomaat staat en je met je hoofd gaat bedenken wat je pincode ook alweer is. Alles wat ik tot nu toe had geautomatiseerd met akkoorden, tekst en zang, moest ik voor die solostukjes opnieuw opbouwen. Oefenen dus. Oefenen, oefenen, oefenen.
In de aanloop naar de try-out, was ik ‘s avonds bezig met de voorbereidingen. Ik regelde de drank en drugs (lees chips, cola en biertjes), oordoppen, sfeerverlichting, een online enquête compleet met scanbare QR code en onze eerste band T-shirts. Dat ging op zich goed totdat mijn vriendin corona kreeg. Dat betekende opeens alle dagen koken en ‘s ochtends vroeger mijn bed uit om met mijn jongste mee naar school te fietsen. Stelt op zich niets voor toch? Toch kwam ik steeds brakker mijn bed uit. Ook al zei dat stemmetje in mij dat ik het even wat rustiger aan moest te doen, was ik alleen maar bezig om de volgende taak af te ronden, daarna de volgende en daarna de volgende. Dat uitrusten, dat doe ik wel na de try-out show, dacht ik.
Om 19:45 uur klinken de eerste lage basnoten van ‘Let the Wind Show us Where’. Sommige momenten zit ik helemaal in het nummer, op andere momenten: Hé, wie komt er nu nog binnen? Ik hoop maar dat ze het leuk vinden, shit wat is de tekst hierna, fuck ik hoop dat ik dadelijk die solo in één keer goed pak. Uiteindelijk is het een geslaagde, gezellige avond met een positief en enthousiast publiek. Toch heb ik er niet optimaal van genoten. Ik was nog zo druk in mijn hoofd, dat veel aan me voorbij is gegaan.
Bart van Dussen, ook aanwezig die avond, biedt mij een mooie oplossing. Ik ken Bart als een vrolijke student van de HEAO. Vanwege zijn lichamelijke handicap beweegt hij zich voort in een wat ander loopritme of op zijn vertrouwde ijzeren ros: de driewieler. Die fiets had er vroeger een handje van om niet meer te staan waar Bart hem had achtergelaten. Voornamelijk na avondjes vol bier en plezier. Dan vonden we hem na een fikse zoektocht een straat verderop, netjes op slot, aan een paal, aan de Oudegracht. Na de HEAO gingen we ieder onze eigen weg, tot we elkaar onlangs weer eens online spraken. Ik was ondertussen met schrijven gestart en Bart was als medium en coach zijn eigen praktijk begonnen.
Bart heeft een traject van drie maanden waarin je beter leert luisteren naar je innerlijk stem en je de boel kan loslaten wanneer dat nodig is. Als zelfbenoemd controlfreak zie ik dat wel zitten. Gaan we ook nog met de doden in gesprek? Vast wel. Geloof ik daar in? Geen idee. Ik ga het meemaken en ik ga er over schrijven. Elke twee weken een blog waarin ik als nuchtere scepticus op zoek ga naar mijn innerlijke spirit. Ben benieuwd of ik hem ga vinden.
Over Dirk:
Dirk Krijgsman is een freelance schrijver en blogt voor Bart’s Praktijk over zijn zoektocht naar zijn innerlijke spirit. Hij woont in Breukelen samen met zijn vriendin en drie kinderen. Met zijn band 22AD zet hij geregeld de boel op stelten. Eerder was Dirk met enige regelmaat met zijn racemotor op het circuit in Assen te vinden. Inmiddels heeft hij zijn motor voor een golfsurfboard ingeruild en kom je hem regelmatig tegen in de branding bij Scheveningen.